Daftar kata-kata bahasa Belanda dan terjemahannya dalam bahasa Indonesia, halaman 8

Kata bahasa Belanda-Indonesia, halaman 8.
Terjemahan kata bahasa Belanda-Indonesia

aanrijden tegen

melanggarkan

aanrijding

kegilasan

aanroepen

menyebut

aanroeren

menyinggung

aanschaffen

membeli

aanscherpen

asah

aanschouwelijk

berwujud

aanschouwen

memandang (pandang)

aanslaan in belasting

memajak

aanslag

pemajakan

aanslag (belasting)

penetapan pajak

aanslag (misdrijf)

makar

aansluiten

menyambung

aansluiten (zich aansluiten bij)

bergabung dengan

aansluiten bij

menyambungkan

aansluiting

sambungan

aansluitklem

konektor

aanspoelen

dampar

aanspoelen op

mendampari

aansporen

memacu

aansporing

cambuk

aanspraak

sapa

aanspraak maken op

mendakwakan

aansprakelijk

bertanggung jawab

aansprakelijkheid

bertanggung jawab

aanspreektitel oudere broer

akang

aanspreektitel voor meisje

denok

aanspreektitel voor vrouwennamen in

ni

aanspreken

menegur

aanstaande

bakal

HomeSearchBookmarkShare